Inloggen
Service & Contact Securex.be
Inloggen
Loonbeslag en loonoverdracht

Hoe wordt de vermindering voor kinderen ten laste berekend?

Wanneer de werknemer kinderen ten laste heeft, zal het vatbare of overdraagbare bedrag van het loon met 83 euro per kind ten laste verminderd worden.

Laatst bijgewerkt op 11 januari 2024

Principe

Het loon van de werknemer is in geval van beslag of overdracht op een bijzondere wijze beschermd.  De werkgever moet immers de drempels waaronder het loon niet voor beslag of overdracht vatbaar is, respecteren om het voor beslag of overdracht vatbare gedeelte van het loon te berekenen. 

Wanneer de werknemer echter kinderen ten laste heeft, zal het bekomen resultaat, in juridische taal het vatbare of overdraagbare bedrag, met 83 euro per kind ten laste verminderd worden (het begrip kind ten laste komt verder aan bod). 

Cijfervoorbeeld: een werknemer verdient 2.000 euro netto per maand en heeft drie kinderen ten laste.

Zonder kinderen ten laste zou de werknemer 2.000 euro - 386.10 euro = 1.613,90 euro ontvangen. Zijn inkomsten kunnen immers beslagen of overgedragen worden:

  • 19,80 euro tot de loongrens van 1.440 euro
  • 44,70 euro tot de loongrens van 1.589 euro
  • 59,60 euro tot de loongrens van 1.738 euro.
  • 262 euro boven die loongrens.In het totaal zal er dus beslag gelegd kunnen worden op 386,10 euro per maand

Om de verhoging voor kinderen ten laste te berekenen, volstaat het om het normale voor beslag of overdracht vatbare bedrag te verminderen met het bedrag voor de kinderen ten laste, dus 386,10 euro - 249 euro (3 x 83 euro) = 137,10 euro.  Het resultaat zal zijn dat de werknemer 1.862,90 euro overhoudt (2.000 euro - 137,10 ).

Begrip kind ten laste

Onder kind ten laste verstaan we elke persoon die de volle leeftijd van 25 jaar niet heeft bereikt of die valt onder het statuut van verlengde minderjarigheid, voor wie de titularis van de in beslaggenomen of overgedragen inkomsten ingevolge een verwantschap in eerste graad of in de hoedanigheid van zorgouder, op substantiële wijze voorziet in de kosten van huisvesting, onderhoud of opvoeding.

Om als kind ten laste van de werknemer (de titularis van de in beslaggenomen of overgedragen inkomsten) beschouwd te worden, moet dus de 4 volgende voorwaarden tegelijkertijd vervuld worden:

Leeftijdsvoorwaarde

Ten eerste moet het kind jonger zijn dan 25 jaar op het moment van de aangifte (behalve indien het om personen met een statuut van verlengde minderjarigheid gaat).

Substantiële bijdrage in de kosten van huisvesting, levensonderhoud of opvoeding

Ten tweede moet de werknemer op een substantiële wijze bijdragen in de kosten voor huisvesting, levensonderhoud of opvoeding van het kind.  Deze voorwaarde wordt automatisch geacht vervuld te zijn in geval van duurzame samenwoning, zelfs als deze niet exclusief of doorlopend is (bijvoorbeeld bij gedeelde materiële bewaring) of in geval van storting van een bijdrage waarvan het bedrag hoger is dan de vermeerdering van het bedrag dat niet vatbaar is voor inbeslagname of overdracht (83 euro).

Bevoorrechte band met het kind

Ten derde moet de werknemer een bevoorrechte band met het kind hebben.  Normaal gezien zal het hier om de biologische ouders (afstammingsband in de eerste graad) van het kind gaan, maar ook de "zorgouder" wordt beoogd.  Dit begrip beoogt zowel de partner van een biologische ouder die een nieuw gezin heeft gesticht, als de grootouder of elke andere persoon die, in vervanging van de ouder of ouders, zorg draagt voor de huisvesting, het levensonderhoud of de opvoeding van het kind. Het doorslaggevende criterium moet dat zijn van de bevoorrechte band en van de betrokkenheid, naast een ouder of in vervanging van één of van beide ouders.

Ten laste

Ten vierde moet het kind ten laste zijn [1].  Dit zal niet het geval zijn wanneer het, in de 12 maanden die aan de aangifte voorafgaan, over jaarlijkse netto-inkomsten [2] beschikt die de hieronder vermelde bedragen te boven gaan (bedragen geldig voor het aanslagjaar 2025, inkomstenjaar 2024):

  • 3.797 euro netto indien de ouder, titularis van de in beslaggenomen of overgedragen inkomsten, samenwonend is;
  • 5.485 euro netto indien de ouder, titularis van de in beslaggenomen of overgedragen inkomsten, alleenstaand is;
  • 6.954 euro netto indien het kind als gehandicapt beschouwd wordt in de zin van artikel 135 van het Wetboek van Inkomstenbelastingen 1992.

Deze bedragen worden elk jaar op 1 januari aangepast in functie van de evolutie van de index van de consumptieprijzen [3]. Opgelet! Deze bedragen zijn niet dezelfde als de bedragen die gebruikt worden voor het begrip persoon ten laste op fiscaal vlak.

De inkomsten worden onder meer gevormd door arbeidsinkomen, inkomsten uit onroerend goed en kapitalen met uitsluiting van de inkomsten voorzien in artikel 143 van het Wetboek van Inkomstenbelastingen 1992 (uitkeringen, pensioenen, alimentatievergoedingen) en niet-onderworpen vrijwilligersvergoedingen.

[1] De bedragen die in aanmerking genomen dienen te worden, zijn de bedragen die gelden op het moment van de aangifte.

[2] Onder netto-inkomen verstaan we het brutobedrag van de inkomsten, eventueel verminderd met de persoonlijke socialezekerheidsbijdragen en de beroepskosten die het kind tijdens de belastbare periode gemaakt heeft.  Deze beroepskosten kunnen forfaitair geëvalueerd worden op 20% met een minimum van 480 euro indien de inkomsten voortkomen uit werknemerslonen of van winsten.

[3] Bericht over de indexering van de bedragen vermeld in artikel 1, vierde lid, van het koninklijk besluit van 27 december 2004 ter uitvoering van artikel 1409, § 1, vierde lid, en 1409, § 1bis, vierde lid, van het Gerechtelijk Wetboek inzake de beperking van de inbeslagneming wanneer er kinderen ten laste zijn, Belgisch Staatsblad van 24 december 2021.

Alle artikelen over Loonbeslag en loonoverdracht