Inloggen
Service & Contact Securex.be
Inloggen
Gelegenheidsarbeiders in de landbouw- en tuinbouwsector

Wat is een gelegenheidsarbeider in de witloofsector?

Een gelegenheidsarbeider in de witloofsector is een arbeider tewerkgesteld door een werkgever die ressorteert onder het PC nr. 145.060 voor de groenteteelt en teelt van tuinbouwzaden.

Laatst bijgewerkt op 15 juli 2022

Principe

Een gelegenheidsarbeider in de witloofsector is:

  • Een arbeider die wordt tewerkgesteld door een werkgever die ressorteert onder het paritair subcomité nr. 145.060 voor de groenteteelt en teelt van tuinbouwzaden. De werkgevers moeten ten minste 75%[1] van hun omzet van het voorafgaande kalenderjaar halen uit de witloofteelt
  • En dit gedurende maximaal 100 dagen (65 + 35 extra dagen) per kalenderjaar bij één of meer werkgevers. Het aantal dagen seizoensarbeid wordt verhoogd van 65 dage, naar maximum 100 dagen voor het jaar 2022 (verlenging van de steunmaatregel van 2021)

Opmerking

Het aantal dagen is verhoogd van 65 dagen naar 100 dagen in 2022.

De gelegenheidsarbeider mag in deze sector alleen gedurende de 35 extra dagen worden tewerkgesteld als aan bepaalde voorwaarden is voldaan  (bewijs van de omzet en naleving van de algemene voorwaarden - zie verder).

Het aantal bijkomende dagen (100 - 65 = 35 dagen) mag alleen worden gebruikt voor de witloofteelt, zelfs als de werkgever nog andere activiteiten heeft.

Als de gelegenheidsarbeider ook tewerkgesteld is in de landbouw- en tuinbouwsector, mag hij slechts 65 dagen per kalenderjaar worden tewerkgesteld, tenzij de tewerkstelling als gelegenheidsarbeider vanaf de 66ste dag uitsluitend in de witloofsector wordt uitgeoefend.

Werknemers die in de witloofteelt tewerkgesteld zijn, mogen tijdens de 35 laatste dagen (van de 100 dagen) niet als gelegenheidsarbeiders in de hoedanigheid van uitzendarbeiders worden tewerkgesteld.

Uitzondering

Een werknemer die in de loop van de 180 voorafgaande dagen in een andere hoedanigheid dan als gelegenheidsarbeider in de landbouw- of tuinbouwsector heeft gewerkt, kan niet als een gelegenheidsarbeider worden beschouwd.

Voorwaarden

Bewijs van 75% van de omzet door witloofteelt

In een eerste fase moet een werkgever die de voordelen wenst te genieten die aan gelegenheidswerknemers in de witloofsector worden toegekend, aan de identificatiedienst van de RSZ een verklaring op erewoord sturen waarin hij bevestigt dat de voorwaarde dat 3/4 van de omzet gerealiseerd wordt door de witloofteelt, vervuld is. Hij moet daarbij de volgende documenten voegen:

  • Een kopie van de vragenlijst ingevuld in het kader van de landbouwtelling van het vorige jaar
  • Een kopie van het laatste ontvangen aanslagbiljet

Een kopie van de verklaring op eer en de bijlagen moet naar de voorzitter van het paritair comité van het tuinbouwbedrijf gestuurd worden.

Vervolgens moet de werkgever aan de voorzitter van het paritair comité van het tuinbouwbedrijf de volgende documenten versturen:

  • Een kopie van de vragenlijst ingevuld in het kader van de landbouwtelling[2] in de maand mei, en dit uiterlijk op de 14de dag na de door het Nationaal Instituut voor de Statistiek bepaalde datum voor het versturen van de ingevulde vragenlijsten
  • Een kopie van aanslagbiljet voor het lopende aanslagjaar (inkomsten van het vorige jaar), en dit uiterlijk op de 14de dag die volgt op de ontvangst ervan

Opgelet! Aangezien de landbouwtelling werd afgeschaft, wachten we nog op enkele verduidelijkingen over de nieuwe modaliteiten die zullen worden ingevoerd om dit bewijs te vervangen.

Naleving van de algemene voorwaarden

De werkgevers moeten ook de algemene voorwaarden naleven om in aanmerking te komen voor de afwijkende regelingen inzake socialezekerheidsbijdragen.

Deze algemene voorwaarden moeten zware inbreuken, gepleegd door werkgever beteugelen. Laatstgenoemde zal het voordeel van het gunstregime verliezen, als hij in één van de 8 hierna vermelde situaties verkeert:

  • De aangifte van sociale zekerheid werd ambtshalve vastgesteld of rechtgezet door de RSZ of de RSZ-PPO
  • De Dimona gebeurde voor één of meer werknemers niet conform de geldende bepalingen
  • De werkgever stelt één of meerdere werknemers tewerk die geen onderdanen zijn van de Europese Economische Ruimte en die niet in het bezit zijn van een geldige verblijfsvergunning of van een arbeidsvergunning
  • De werkgever stelt één of meer werknemers tewerk onder voorwaarden die strijdig zijn met de menselijke waardigheid en begaat aldus een overtreding op het gebied van de mensenhandel;
  • De werkgever doet of laat arbeid verrichten door een werknemer waarvoor geen verschuldigde bijdragen werden betaald aan de RSZ (zwartwerk);
  • De werkgever maakt het voorwerp uit van een verbod om persoonlijk of via een tussenpersoon een commerciële activiteit uit te oefenen;
  • De werkgever, in zijn hoedanigheid van rechtspersoon, heeft onder zijn bestuurders, zaakvoerders of personen die bevoegd zijn om de vennootschap te binden, personen voor wie de uitoefening van dergelijke functies verboden is;
  • De werkgever, in zijn hoedanigheid van rechtspersoon, heeft onder zijn bestuurders, zaakvoerders of personen die bevoegd zijn om de vennootschap te binden, personen die bij minstens 2 faillissementen, vereffeningen of gelijkaardige operaties betrokken waren met schulden ten opzichte van een inningsorganisme van de socialezekerheidsbijdragen.

 

[1] Als de omzet onder de grens van 75% daalt, worden de extra dagen opnieuw als gewone werkdagen beschouwd.

[2] Zoals bedoeld in het koninklijk besluit van 2 april 2001 betreffende de organisatie van een jaarlijkse landbouwtelling.

Alle artikelen over Gelegenheidsarbeiders in de landbouw- en tuinbouwsector