Voor de werknemers zelf geldt de aangifteplicht enkel nog ten aanzien van de Federale Pensioendienst en enkel voor de volgende profielen [1]:
- De pensioengerechtigde of zijn echtgenoot die een beroepsactiviteit uitoefent of een sociale uitkering ontvangt en wacht op de eerste uitbetaling van zijn pensioen als werknemer
- De pensioengerechtigde of zijn echtgenoot die in het buitenland een beroepsactiviteit uitoefent of daar een sociale uitkering ontvangt
- De pensioengerechtigde of zijn echtgenoot die wetenschappelijke of artistieke activiteiten uitoefent (maar geen handelaar is)
- De pensioengerechtigde of zijn echtgenoot die een mandaat, ambt of post bekleedt
De sancties in geval van niet-aangifte werden afgeschaft.
Het staat de pensioeninstellingen vrij om de noodzakelijke informatie aan de pensioenaanvrager of de gepensioneerde te vragen in de vorm en op de wijze die zij zelf bepalen (verslag aan de Koning).
[1] De aangifteverplichting van de werknemer ten opzichte van de werkgever en van de werkgever ten opzichte van de RVP werden volledig afgeschaft.