Inloggen
Service & Contact Securex.be
Inloggen
Algemene regels over RSZ-kortingen

Hoe wordt de vermindering berekend in geval van deeltijds werk en/of onvolledige kwartaalprestaties?

Het bedrag van de vermindering geldt per kwartaal en voor volledige kwartaalprestaties.

Laatst bijgewerkt op 10 februari 2023

Het bedrag van de doelgroepvermindering (= forfait) geldt per kwartaal en voor volledige kwartaalprestaties. Dat wil zeggen, voor een voltijdse werknemer die gedurende het volledige kwartaal prestaties of gelijkgestelde prestaties levert.

In geval van deeltijdse tewerkstelling of onvolledige kwartaalprestaties worden de bedragen geproportionaliseerd, evenwel met een correctie die varieert naargelang de prestaties hoger of lager zijn dan 80%, 55% of 27,5% van volledige kwartaalprestaties van een voltijder.

De formule om het reële verminderingsbedrag te berekenen luidt: forfait x m x b.

m is de prestatiebreuk van de prestaties tijdens de tewerkstelling: het drukt de verhouding uit tussen het aantal effectieve arbeidsdagen (of –uren) van de werknemer tijdens de tewerkstelling enerzijds en het aantal mogelijke werkdagen (of –uren) voor een voltijder met volledige prestaties tijdens het kwartaal anderzijds. Voor een voltijder met volledige kwartaalprestaties is m bijgevolg gelijk aan 1.

b is de vaste multiplicatiefactor 1,25. Indien echter:

  • De som van alle tewerkstellingen van een werknemer bij dezelfde werkgever tijdens een kwartaal, m(glob), groter of gelijk is aan 0,80, dan is b = 1/m. Concreet zal voor een tewerkstelling op kwartaalbasis groter dan 80% het verminderingsbedrag gelijk zijn aan dat van een voltijder met volledige kwartaalprestaties
  • De som van alle tewerkstellingen van een werknemer bij dezelfde werkgever tijdens een kwartaal, m(glob), groter of gelijk is aan 0,55 en kleiner dan 0,80, dan is b = 1 + (m(glob) – 0,55). Concreet wordt het bedrag van de vermindering hier geleidelijk aan vermeerderd
  • De som van alle tewerkstellingen van een werknemer bij dezelfde werkgever tijdens een kwartaal, m(glob), groter of gelijk is aan 0,275 en kleiner dan 0,55, dan is b = 1. Concreet is de vermindering hier strikt proportioneel aan de geleverde prestaties
  • De som van alle tewerkstellingen van een werknemer bij dezelfde werkgever tijdens een kwartaal, m(glob), kleiner is dan 0,275, dan is b = 0. Concreet zal er in dit geval geen doelgroepvermindering zijn. Dit minimum geldt echter niet voor:
    • Werknemers bij een werkgever in het paritair comité voor de beschutte werkplaatsen [1]
    • Werknemers die voltijds werken
    • Werknemers die minstens met een halftijdse arbeidsovereenkomst aangeworven worden
    • Kunstenaars
    • Gesubsidieerde contractuelen en contractuele vervangers in de openbare sector

Het reële verminderingsbedrag mag nooit hoger dan het toepasselijke forfait zijn.

[1] PC nr. 327 (kengetallen 073, 173 en 273).

Alle artikelen over Algemene regels over RSZ-kortingen